OVER UDENHOUTSE ONDERWIJZERESSEN EN EEN OISTERWIJKS PAARDENSCHATTERSBOEKJE
In het nieuwe nummer van het kwartaalblad/vlugschrift van Heemkundekring De Kleine Meijerij (Aflevering 2) schrijft Joost van der Loo over ongehuwde onderwijzeressen die voor Wereldoorlog 2 in Udenhout actief waren. In de jaren voor en ook nog kort na de oorlog was het kiezen van het beroep van onderwijzeres (of verpleegster) voor een meisje vaak de enige mogelijkheid om te kunnen doorstuderen. Bij trouwen was ontslag gebruikelijk, vandaar dat veel vrouwen die toen in het onderwijs werkzaam waren ongehuwd bleven. In Udenhout kozen onder meer Cor Kruissen, Maria de Laat, Clothilde Lemire, Maria Mutsaerts, Theodora van Roessel, Anna Vercammen, Jacomina Sweens en Henriëtte Smulders voor dit beroep.
Jans(Jo)(links) en Miet (Maria) Mutsaers. (Coll. Joost van der Loo)
Sjoerd Willems en Karin van den Heuvel die in een uitgebreid artikel de historie van Oisterwijkse schoenfabriek “De Hollandse Jongens” vertellen. De oprichter/fabrikant was G. van der Heijden, bijgenaamd “De Tuit”. Onder andere hoe die bijnaam is ontstaan wordt in dit rijk geïllustreerde artikel uit de doeken gedaan.
Johannes van der Heijden (Jan, Oisterwijk, 1875-1939) met zijn vrouw Cornelia Jansen (Berkel-Enschot 1878 – Oisterwijk 1954) en hun dochter Gerarda (Oisterwijk, 1920-1984), foto ca. 1930. (Coll. Karin van den Heuvel)
Frans Goris tekent voor een Moergestels gilde-verhaal over het in ere herstellen van de “trekkingen” die steeds voorafgaand aan het koning-schieten werden gehouden. Totdat de Protestantse overheden er een verbod op instelden, werd in luisterrijke optochten naar de gildeterreinen getrokken. In 1785 werd door een inwoner van Moergestel het initiatief genomen deze oude traditie nieuw leven in te blazen…
“Een aantekenboekje van een paardenschatter” is de titel van een van mooie foto’s voorziene bijdrage van Frank Scheffers. Het betreft de vondst van een oud aantekenboekje in de boerderij op Kerkhoven in Oisterwijk, waar de familie van Scheffers vier generaties woonde. Het bevat gegevens over Oisterwijkse paarden en hun eigenaren. Deze gegevens werden gebruikt voor de onderlinge paardenverzekering, ofwel het ‘paardenfonds’. Het boekje was eigendom van Scheffers’ grootvader.
De familie Scheffers trots bij het “getoiletteerde paard”. (Coll. Frank Scheffers)
Is er ook anno nu soms nog sprake van armoede en sociale ongelijkheid, ook in vroeger tijd kwamen deze ‘fenomenen’ voor. Zo ook in Oisterwijk, Ad van den Oord beschrijft in dit nummer de niet zo rooskleurig verlopen levens van “drinkebroers” Jan en Martinus Korthout, die door de omstandigheden vervielen tot alcoholmisbruik, met alle trieste gevolgen van dien. Bijzonder hierbij is een foto van Martinus Korthout, gemaakt bij zijn plaatsing in de gevangenis van Veenhuizen.
De uitgave sluit af met een bijzondere herontdekking. Onlangs werd in een kelder bij de Petruskerk in Oisterwijk letterlijk ‘nieuw licht’ geworpen op het tegeltableau dat ooit op de gevel van de Johannes de Doperschool aan de Kerkstraat prijkte. Het tableau stelt Johannes de Doper voor. Op wonderbaarlijke wijze is het geheel destijds gered door Marinus Leermakers. Herbestemming is nooit gerealiseerd, tot nu. Martin van der Waals beschrijft deze vondst en het vervolg ervan. Onder anderen Els Oomis zorgde voor mooie foto’s bij het verhaal.
Literatuursignalementen deze keer zijn de op 5 mei j.l. gepresenteerde Tweede Schaduwspel-app van de Stichting Oisterwijk verbeeld(t) en het boek: ‘Haaren, een wandelend dorp’, geschreven wegens de opheffing van Haaren als zelfstandige gemeente.
Webtip is Beeldbank Oisterwijk, verzamelplaats van filmbeelden over de gemeente Oisterwijk.